Site Logotype
brein

Veilig ZIJN is iets totaal anders dan veilig VOELEN

Je WEET dat je veilig bent.
Met je hoofd weet je dat gewoon. We wonen niet in een oorlogssituatie, ik ga er vanuit dat er geen huiselijk geweld is, er is eten en drinken en het huis is warm. Misschien iets minder warm dan voorheen, maar nog steeds aangenaam. Genoeg aanleiding om te weten dat je veilig bent.

Maar VOEL je je ook veilig?
Is je ademhaling rustig en tot in je buik? Zijn je schouders ontspannen en niet opgetrokken tot je oren? En de spierspanning in de rest van je lijf? Soepele, losse spieren? En dan heb ik het niet over de stijfheid die we hebben omdat we een hele dag weer achter ons bureau hebben gezeten. En hoe gaat het slapen? Rustig, mooie dromen? Of schrik je regelmatig wakker omdat je weer een nachtmerrie had?

Wat voor jou als volwassene geldt, geldt net zo goed voor kinderen en jongeren. Ook zij kunnen zich niet veilig voelen ondanks dat ze met hun hoofd wel weten dat ze veilig zijn.

In mijn praktijk zie ik dat ik bij kinderen heel vaak aan het ‘veilig VOELEN’ mag werken. En nee, natuurlijk niet in die woorden. Het is onderliggend aan een hulpvraag als ‘ik durf hulp te vragen’ of ‘ik vertrouw op mezelf’ of ‘ik val zelf in slaap in mijn eigen kamer’.

Vaak heeft het met school te maken dat zij zich niet veilig voelen.
Soms is dat omdat de werkjes te moeilijk zijn.
Soms omdat de opdrachten juist te makkelijk zijn.
Soms omdat de leerkracht best fel kan reageren als de klas weer onrustig is (niets ten nadele van de leerkrachten, maar dit is voor getraumatiseerde kinderen heel beangstigend).
Soms omdat ze het vinden van aansluiting lastig vinden, en hé, we zijn toch allemaal groepsdieren, dus we willen erbij horen.
Soms omdat het fysiek niet veilig is, omdat ze bijvoorbeeld gepest worden.

En doordat zij zich niet veilig voelen, komen ze ook niet tot leren. Ze zijn ONBEWUST continu hun omgeving aan het scannen. Deze kinderen weten als de beste welke kinderen zitten te kletsen, wie met z’n potlood zit te tikken op zijn schrift, wie de wiebel-friemel-kriebels heeft, etc. Dit zijn de kinderen die zich niet concentreren. Correctie, zij concentreren zich juist heel goed, maar niet op hun reken- of taalwerk, maar op hun omgeving. Immers daar dreigt het gevaar.

Juist deze kinderen zie je, vooral in het begin, HELE GROTE STAPPEN maken, als ik met dat onbewuste gevoel van niet-veilig-zijn aan de slag mag.
En ja, daarna kunnen ze echt even een paar dagen van de kaart zijn, zich ‘raar’ voelen, op zoek zijn naar een nieuwe balans, naar ‘en wie ben ik dan echt?’.
Maar als ze daar doorheen zijn, WOW! Dan staat er opeens iemand! Iemand die stapje voor stapje groeit, mogelijkheden ontdekt en dat alles vanuit ontspannenheid.

Juist omdat ze zich nu veilig WETEN en VOELEN!

Share

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *